Themaproject: Stenen

1.) Inhoud van de kist:

kijk-kistjes:

1.) voelen, kijken, vergelijken

2.) kleur in kleur

3.) laagjes

4.) kristallen

doe-doosjes:

1.) kristallen

2.) drijven en zinken

3.) hardheid

4.) streepkleur

5.) ijzererts

mapjes en boekjes:

a.) kristallen

b.) ertsen

c.) mijnbouw

d.) diamanten

e.) druipsteengrotten

f.) organische edelstenen

g.) Hoe ontstaan bergen?

h.) vulkanen

taalspel-doosjes:

a.) Rijmen op 'steen'

b.) Wat voor steen?

c.) Uitdrukkingen met 'steen'

boeken:

Gesteenten en mineralen

Elseviers Stenengids

Stenen en mineralen (waaier-boekje)

stenen:

2 grote stenen zonder naam

2 halve bollen die op elkaar horen

bergkristal groot

tufsteen

vulkanische steen met foto Vesuvius

bol met naaldkristallen

leisteen

doosje met versteende schelpen

doosje met twee grote 'briljanten'

sorteerdoos met gepolijste sierstenen

vergrootglas

stenenkwartet

2.) werkwijze

Dit project is geschikt voor verschillende groepen van het basisonderwijs. Jonge kinderen kunnen op een speelse manier kennis maken met verschillende soorten stenen. Zeker de kijk-kistjes en de losse stenen zijn geschikt voor kleuters. Met een vergrootglas kunnen zij op zoek naar bijzondere details. De andere opdrachten zijn vooral geschikt voor kinderen die al goed kunnen lezen. Er zijn boekjes en dergelijke op verschillende niveaus. Laat jonge kinderen zelf kiezen welke onderdelen zij willen doen. Ook voor hen valt er in de boekjes veel te zien op de foto's.

Leerlingen van de bovenbouw kunnen alle onderdelen doen. Voor hen is er ook een werkboekje waar ze verschillende dingen in moeten vullen en stenen na moeten tekenen. Behalve de opdrachten uit het werkboekje kunnen de grotere kinderen de twee uitgebreide artikelen 'hoe ontstaan bergen?' en 'vulkanen' lezen. Deze artikelen komen uit het jeugd-tijdschrift 'zo zit dat'.

Het boek 'gesteenten en mineralen' geeft zeer uitgebreide informatie over alles wat met stenen te maken heeft. Dit boek is zeker de moeite waard om helemaal te lezen, al zullen veel kinderen het misschien te veel vinden. De stenen-gids en het waaier-boekje (stenen en mineralen) zijn geschikt om iets op te zoeken of zomaar wat in te bladeren en leuke dingen te ontdekken.

De opdrachten van de kistjes en doosjes kunnen de kinderen het beste in tweetallen verwerken. Samen kijken, proberen en redeneren is erg leerzaam. Het lezen van teksten werkt echter beter als dat individueel gebeurt. Dan is de concentratie groter.

In de kleine boekjes staat weinig tekst. Op de foto's is veel te zien, dus laat de kinderen heel goed naar de plaatjes kijken. Het is goed om tussendoor af en toe een boekje klassikaal te behandelen. Vraag wie het al gelezen heeft en wat ze er over kunnen vertellen. Vertel zelf ook wat je ziet op de foto's en eventueel nog meer informatie over het onderwerp. Zo gaat het onderwerp leven, worden de andere kinderen nieuwsgierig en willen het boekje zelf ook lezen.

De stenen van het project kunnen op een tafel uitgestald worden zodat iedereen ze kan bekijken. Vraag de kinderen om zelf ook stenen mee te nemen. Het is leuk om die in de kring te bekijken en te bespreken.

Het stenen-kwartet is vooral voor de grotere kinderen. Als zij klaar zijn met het project kunnen zij in een groepje dit spel spelen. Op de kaarten staan allerlei dingen die ze ook in opdrachten en boekjes tegen zijn gekomen. Zo is het meteen een stukje herhaling.

Als extra zitten er drie taal-opdrachten bij die te maken hebben met 'steen'. De leerkracht kan deze in tweetallen laten verwerken, verplicht voor iedereen of als extra keuze-opdracht.

3.) De kijk-kistjes

De kijk-kistjes zijn geschikt voor alle leeftijden. Het gaat hier om goed kijken en ontdekken dat er heel veel verschillende soorten stenen zijn. Met het vergrootglas kunnen de kinderen het nog beter bekijken. De wat grotere kinderen kunnen proberen om de stenen na te tekenen. Op elk kistje staat een nummer en de naam van de opdracht. Het beste is om de volgorde van de nummering aan te houden. Is echter een kistje al bezet, kan het kind doorgaan met de volgende, en de eerdere dan daarna doen.

1. voelen, kijken, vergelijken

glad – ruw, rond – hoekig.

2. kleur in kleur

meerdere kleuren in één steen.

3. laagjes

verschillende soorten laagjes in kleur of structuur.

4. kristallen

verschillende kristal-structuren.

…………………………………………………………………………………………………………………………..

4.) De doe- doosjes

De doe-doosjes zijn geschikt vanaf de leeftijd dat kinderen goed kunnen lezen. In elk doosje zit een beschrijving van de opdracht en de bijbehorende stenen en eventueel ander materiaal. De doosjes zijn genummerd en kunnen het beste op volgorde gedaan worden. Het is goed om achteraf de resultaten klassikaal te bespreken.

1. kristallen

– 4 stenen met bijbehorende afbeelding.

Het gaat hier om goed kijken en herkennen.

2. drijven en zinken

– 7 stenen.

Hierbij heb je een glas of bakje met water nodig,

liefst bij een aanrecht of wasbak.

3. hardheid

– 5 stenen en een glazen flesje (om op te krassen).

De hardheid kan bepaald worden door te krassen met de nagel

of door met de steen op glas of een andere steen te krassen.

4. streepkleur

– 6 stenen en een tegeltje van ongeglazuurd porselein.

Door op het tegeltje te krassen zie je de streepkleur van de steen.

5. ijzererts

– 7 stenen en een kompas.

Het kompas reageert op het ijzererts.

…………………………………………………………………………………………………………………………..

5.) Mapjes en boekjes

a.) kristallen

Dit zijn vier kaarten met afbeeldingen van kristallen. Hier gaat het vooral om het bekijken van verschillende kristal-vormen. Laat de kinderen hierbij ook de kristallen uit dit project bekijken, met name het grote stuk bergkristal en de bol met naald-kristallen.

b.) ertsen

Dit zijn twee kaarten (dubbelzijdig) met afbeeldingen en informatie. Het is goed om deze ook klassikaal te bespreken: Welke metalen ken je van de ertsen op de kaart?

Waarvoor worden ze gebruikt? Hoe werkt een hoogoven?

Maak een tekening van een hoogoven op het bord en bespreek de werking.

c.) mijnbouw

Het boekje behandelt verschillende vormen van mijnbouw. De informatie is eenvoudig en kort. De plaatjes zeggen meer dan de tekst, goed kijken dus. Laat kinderen (die dat aankunnen) zelf ook op zoek gaan naar meer informatie over mijnbouw (op internet of in de bibliotheek).

d.) diamanten

Bij dit boekje hoort ook het doosje met de twee reuze-briljanten. Bij deze 'briljanten' kunnen de kinderen goed zien dat er heel veel kleine vlakjes zijn.

e.) druipsteengrotten

Een eenvoudig boekje met mooie foto's. Misschien zijn er kinderen die weleens in een druipsteengrot zijn geweest en erover kunnen vertellen.

f.) organische edelstenen

Bij dit boekje kan ook aanvullende informatie gebruikt worden. (Er is een project over de zee waar ook een onderdeel bij zit over koraal met echte koralen. Dat zou hier prima bij passen. Er is ook een kistje in het zee-project over parels.)

g.) Hoe ontstaan bergen?

Dit is een uitgebreid en interessant artikel voor de bovenbouw. Het is goed om dit onderwerp klassikaal te bespreken met verduidelijkende schetsen op het schoolbord.

h.) vulkanen

Vulkanen zijn altijd fascinerend. Laat de kinderen meer informatie verzamelen over vulkanen. Er bestaan veel mooie boeken over dit onderwerp.

…………………………………………………………………………………………………………………………..

6.) De taalspel -doosjes

Er zijn drie taalspel-doosjes. De kaartjes hebben per doosje een andere kleur.

a.) Rijmen op 'steen'

7 zinnen en 7 rijmwoorden, bij elkaar zoeken en in de juiste volgorde leggen. De juiste volgorde staat op de achterkant van de zinnen.

b.) Wat voor steen?

5 zinnen, 5 woorden en 5 afbeeldingen. Zoek de juiste bij elkaar. De kaartjes passen maar op één manier aan elkaar.

c.) Uitdrukkingen met 'steen'

10 uitdrukkingen met 'steen' en 10 betekenis-kaartjes, bij elkaar zoeken, controle via letters op de achterkant

………………………………………………………………………………………………………………………….

7.) Het stenen-kwartet

Verdeel de kaarten over het groepje (minimaal 3) kinderen. Misschien krijgen ze niet allemaal even veel kaarten, maar dan mag iemand met minder kaarten beginnen. Kind A vaagt een kaart aan kind B. Heeft deze die kaart, dan moet hij hem afgeven en mag kind A doorvragen, ook aan de anderen. Als kind B de kaart niet heeft mag hij de beurt hebben. Nu vraagt kind B aan een van de andere kinderen een kaart. Dus steeds als iemand de gevraagde kaart niet heeft, mag hij de beurt. Als je vier kaarten van dezelfde categorie hebt, leg je die op tafel, dat is een kwartet. Het gaat erom wie aan het einde de meeste kwartetten heeft.

Er zijn 10 categorieën:

  1. mineralen, 2) kristallen, 3) edelstenen, 4) slijpvormen,
  2. stollingsgesteente, 6) metamorf gesteente, 7) ertsen,
  3. metalen, 9) bewerkte stenen, 10) fossielen